Skip to main content

Actualiteit

Bezuinigingen openbaar vervoer niet van de baan

De meeste aangekondigde bezuinigingen op het openbaar vervoer gaan helaas door. In 2026 gaat dit om 225 miljoen euro en dit loopt op tot 335 miljoen euro in 2028. Reizigers kunnen hierdoor te maken krijgen met hogere tarieven en een beperking van de dienstregeling. Rover is blij dat de bezuiniging in 2026 iets lager is dan eerder aangekondigd, maar wil de volledige bezuiniging van tafel. Wij blijven ons hiervoor inzetten.

Editie 4, 2025  |  Frank Visser

225 miljoen minder in 2026 kan minder bussen tot gevolg hebben!
Foto: Martin Oudenaarden

 

Eerder was er sprake van een bezuiniging van 335 miljoen al vanaf 1 januari 2026. Op Prinsjesdag was er echter goed nieuws voor reizigers in en rond Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. De bezuiniging op het OV in deze drie steden van jaarlijks 110 miljoen euro wordt namelijk uitgesteld. Rover hoopt dat van uitstel afstel komt. Juist in de grote steden worden de komende jaren veel woningen gebouwd. Het OV moet daar kunnen groeien.

De 225 miljoen euro die vanaf 2026 jaarlijks moet worden bezuinigd geldt voor alle OV in Nederland: trein, metro, tram en bus. Deze bezuiniging is een gevolg van het feit dat minder studenten gebruikmaken van het OV. Hierdoor betaalt het ministerie van onderwijs minder geld voor de OV-studentenkaart. Dit heeft in sommige regio’s grote impact omdat het aandeel studenten in het OV daar groot is. Rover betreurt deze bezuiniging.

Regionale verschillen, landelijke zorgen

Rover berekende per provincie of vervoerregio welke scenario’s er nodig zijn om aan de bezuinigingsopdracht te voldoen, wanneer er geen andere geldpotjes worden gevonden. We vroegen reizigers vervolgens de slechtste optie weg te stemmen. In Utrecht, Noord-Holland, Limburg en Zeeland werd het verdwijnen van bussen op zondag massaal afgewezen. In Friesland en Zuid-Holland was het schrappen van ritten na 19:00 uur het grootste taboe. In Groningen en Drenthe stuitte het voorstel om alle avond-, nacht- én schoolbussen te schrappen op verzet. In Brabant en Flevoland stuitte het opheffen van streekbussen op de meeste weerstand.

Minder aanbod of duurder ticket

De rekenvoorbeelden van Rover hoeven geen werkelijkheid te worden. Provincies kunnen er ook voor kiezen om minder in het aanbod te schrappen maar in plaats daarvan de kaartjes duurder te maken. Enkele provincies zoals Utrecht, Brabant en Limburg zetten tijdelijk eigen geld of reserves in om de klappen op te vangen. Maar dat gaat vaak ten koste van noodzakelijke investeringen in groei en biedt nog geen oplossing voor de lange termijn.

Rover vraagt alle politieke partijen om in het nieuwe regeerakkoord een prioriteit te maken van de betaalbaarheid van het OV en een kaalslag te voorkomen. Naast het terugdraaien van de bezuinigingen moet worden ingezet op meer investeringen zodat er meer vervoercapaciteit komt en reistijden korter worden. Zo kan het openbaar vervoer groeien in plaats van krimpen.