Wordt de Maaslijn later opgeleverd door problemen bij ProRail?
Opnieuw zijn er twijfels gerezen of de electrificatie van de spoorlijn tussen Roermond en Nijmegen op tijd wordt gerealiseerd. De huidige planning van ProRail geeft aan dat de Maaslijn in november 2024 klaar is.
Maar nu komt er een nieuwe aap uit de mouw in die zin dat ProRail, na het tegen het licht houden van de planning rondom de uitvoering van het project, de betrokken partijen waarschuwt voor een mogelijke vertraging bij de elektrificatie van vermelde spoorlijn. De opstelling van de provincies Limburg, Brabant en Gelderland is dat ProRail extra inspanningen zal moeten doen teneinde de electrificatie van de Maaslijn binnen de afgesproken termijn te kunnen realiseren.
Een vertraging van het project levert voor reizigers, Arriva en de provincies nadelige effecten op. Als de nieuwe elektrisch treinen pas op een later moment kunnen worden ingezet dan betekent dit extra kosten voor de concessieverleners en de concessiehouder. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) en de provincies hebben ProRail gevraagd om extra maatregelen te nemen om het project binnen de afgesproken termijn te realiseren.
Eerder dreigde er vertraging omdat de kosten steeds opliepen en het Rijk en de betrokken provincies het een tijd lang niet eens werden over de vraag wie de oplopende meerkosten zou betalen. De kosten van het project worden nu geraamd op zo’n 320 miljoen euro; 96 miljoen meer dan in een eerder stadium. In de oorspronkelijke plannen had de Maaslijn al in 2020 geëlektrificeerd moeten zijn. Aanvankelijk weigerde de provincie Limburg mee te betalen aan de extra kosten waardoor vertraging dreigde. Maar na overleg besloot het provinciebestuur in Maastricht alsnog 24 miljoen euro aan meerkosten te betalen. Ook reserveerde meer aangehaalde provincie zo’n 10 miljoen voor als de kosten door extra risico's alsnog zouden oplopen.