Blog: gelegenheidsreiziger zonder gelegenheid
Bij Rover zijn wij natuurlijk allemaal behoorlijk ervaren OV-reizigers. Toch leer je soms het OV pas echt kennen als je op stap gaat met iemand die normaliter niet uit de auto te branden is. We kennen allemaal de wat zenuwachtige conversaties die vaak vooraf gaan aan de keuze voor een OV-reis: “Gaan we met de bus morgen? Waar moet ik dan mijn chipkaart opladen? Of staat er nog wat op? Hoe zie ik dat?” Voor de incidentele reizigers is het openbaar vervoer vaak maar wat ingewikkeld, een reden op een presenteerblaadje om toch weer makkelijk die auto in te stappen. Ook mijn vriend mag zich tegenwoordig tot deze groep rekenen. Amper een jaar geleden was hij nog vrij fanatiek treinreiziger en zelfs een beetje “materieelnerd”, maar voor het werk moest er een auto komen en dat bleek de reis toch wel erg makkelijk en (met de huidige lage benzineprijs) meestal zelfs goedkoper te maken. Dus al snel was het exit NS-abonnement en ging mijn vriend van treinreiziger naar gelegenheidsreiziger. Waarbij de gelegenheid zich nog maar zelden voordoet: hij rijdt liever 40 minuten rondjes door de binnenstad van Haarlem op zoek naar een zeldzaam en overbetaald parkeerplekje dan eens de bus te nemen. “Want er is toch niets erger dan wachten?”
Nu was mijn vriend bijna weer eens de trein ingestapt. Want bij de Limburgse kerstmarkten bleek het zoeken van een parkeerplek zo’n opgave, dat een gratis P&R-terrein in de omgeving met aanvullend een bescheiden treinretourtje de ultieme oplossing leek. Leek, want op zo’n moment zie je hoe snel iemand van de trein vervreemd kan raken: “Hoezo kan ik geen kaartje met meereiskorting kopen? Minimaal 10 euro op mijn OV-chip zetten? Maar dat reis ik nooit op en parkeren kost maar €2 per uur! Moet ik dan voor die 10 euro ook nog eens 20 minuten op de trein wachten?” En zo ging mijn vriend van gelegenheidsreiziger naar géén OV-reiziger.
Wanneer volgende maand de samenreiskorting wordt verbannen uit de middagspits, zullen nog wel meer mensen de trein de rug toekeren. Veel reizigers begrijpen dit wel: er moet plaats worden gemaakt voor degenen die meer betalen voor een felbegeerd plekje in de te korte trein. Maar reken er vooral niet op dat het probleem met volle treinen zich wel zal oplossen door een aantal reizigers te straffen. De straf van een flink duurder treinkaartje hangt voortaan boven het hoofd van de voordeelurenkaarthouder en zijn kinderen of vrienden die niet tijdig vóór 16:00 uur weer onderweg naar huis zijn of de dag tot na 18:30 uur kunnen rekken. Dat betekent voor een nieuwe groep gelegenheidsreizigers dat zij voortaan flink met de klok moeten leven wanneer zij kiezen voor een reis per trein. En deze manier van plannen is nou net wat de gelegenheidsreizigers niet gewend zijn. Dan is het toch makkelijker even wat bij te gooien in de parkeermeter.
Sanne van Galen
Woordvoerder Rover