Werken aan het spoor met minder hinder voor reizigers
Staatssecretaris Dijksma stuurde vandaag een visie van de spoorsector over onderhoud van het spoor naar de Tweede Kamer. Aanleiding was een rapport waarin werd gesteld dat hiervoor de komende jaren te weinig budget beschikbaar zou zijn. Rover is blij dat het onderwerp van de visie is verbreed met de hinder van werkzaamheden voor de reizigers. Wij schreven hierover vorig jaar een notitie aan het ministerie van IenM en ProRail, omdat wij de hinder buitensporig vonden en steeds groter zagen worden. De nu gepresenteerde visie bevat diverse aanknopingspunten om die hinder te beteugelen.
Een van de mogelijkheden om de overlast voor reizigers te verminderen is kritischer te kijken naar de effecten van aangescherpte veiligheidsregels. Rover heeft daarover in de afgelopen jaren regelmatig aan de bel getrokken. Tot 2014 kon bijvoorbeeld de treindienst over één spoor doorgaan als aan het andere spoor gewerkt wordt. In het buitenland is dat nog steeds zo. Dat is voor reizigers veel beter dan over te moeten stappen in vervangende busdiensten.
Rover en partijen in de spoorsector zien ook voordelen als de aannemer in een eerder stadium in overleg gaat met de vervoerder. Dit is opgenomen in de visie. Wel vragen we nog om een norm die grenzen stelt aan de hoeveelheid hinder die reizigers mogen ondervinden.
Een bezuinigingsoptie waarover nog niets is besloten is het weghalen van een kwart van de wissels. Een evaluatie van ProRail wijst uit dat kostenbesparing geen goede drijfveer is om wissels te slopen. Bovendien ontbreekt het in Nederland aan een gezamenlijke langetermijnvisie op gebruik en inrichting van het spoor. Die is nodig om het eens te worden over hoeveel wissels er nodig zijn voor kwalitatief goed treinvervoer nu en in de toekomst. Rover onderstreept in een reactie op de evaluatie het belang van deze langetermijnvisie.