Blog: het station
Op mijn vorige blog over Den Haag Centraal is veel commentaar gekomen en terecht. Stations raken een snaar. In een mooi en aangenaam station is het fijn om te zijn en in een station dat lelijk is en tochtig is wil iedereen onmiddellijk weg.
Het ideale station is mooi, comfortabel, voorzien van winkels, wc’s, plekken om beschermd tegen weer en wind een kop koffie te drinken en biedt de mogelijkheid om in te loggen op het internet. Stations zijn overstapplaatsen naar bussen en trams. De OV-fiets moet er makkelijk te vinden zijn, evenals de taxi. Rotterdam Centraal is zo gebouwd dat alle treinen, winkels, metro, tram, bussen en de fietsenstalling vanzelf gevonden worden.
Voor een gemeente is een station de entree naar stad of dorp. Een gemeente hoort zich in te spannen voor een aantrekkelijk stationsplein met goede fietspaden, busbanen en een mogelijkheid voor de automobilist om een reiziger van of naar het OV te brengen.
Waarom lukt dit niet overal? Waarom zijn sommige stations nare tochtgaten? Waarom zijn op veel stations de bushaltes, wc’s en OV-fietsen onvindbaar of erger: niet aanwezig? Waarom is op elk vliegveld de reisinformatie in één oogopslag te begrijpen en op een station niet?
Omdat Rijk, gemeenten, ProRail, NS en busbedrijven ieder hun eigen agenda hebben en er niet in slagen om samen te redeneren vanuit de reiziger. Waarom is dat zo moeilijk?
Arriën Kruyt
Voorzitter Rover