Gewenste marktordening in het spoorvervoer
Het demissionaire kabinet heeft opdracht gegeven om vier scenario’s uit te werken hoe het spoorvervoer in Nederland zou kunnen worden geordend. De scenario’s variëren van een volledig staatsbedrijf tot een geheel vrije markt. Deze week worden de voor en tegens van de scenario’s bekend gemaakt en kan het te vormen kabinet op grond daarvan een keuze maken.
Een volledig staatsbedrijf is niet in het belang van reizigers, omdat een staatsbedrijf elke prikkel om te presteren ontbeert en een staatsbedrijf zich richt naar de wensen van de minister en niet naar de behoeften van de reizigers. In het algemeen is een vrije markt goed voor consumenten. Gelijktijdig is in het openbaar vervoer samenwerking van bedrijven in het belang van reizigers en dat gaat niet altijd samen met een volledig vrije markt.
Binnen Rover is in het afgelopen jaar goed nagedacht over de meest gewenste ordening vanuit reizigersoogpunt en wij zijn tot de volgende conclusies gekomen:
- Het decentraliseren en aanbesteden van regionale spoorlijnen heeft de afgelopen jaren geleid tot reizigersgroei op die lijnen;
- Het opknippen van het hoofdrailnet van NS in kleinere concessie zou op de kleine schaal van Nederland leiden tot een te grote versnippering van Intercitydiensten en is daarom ongewenst
- Het aanbesteden van stoptreinen door regionale overheden zal leiden tot een betere integratie van regionale bus-en treindiensten en tot groei van reizigers in de stoptreinen. De Metropoolregio Den Haag/Rotterdam bijvoorbeeld zou dan greep krijgen op de stoptreinen in die regio. Hetzelfde zou gelden voor de regio Amsterdam of voor de Brabantse steden. Dat is in het belang van reizigers;
- In Duitsland mag DB meebieden op regionale concessies en dat houdt DB-Regio scherp. Als NS zou mogen meebieden op regionale en stoptreinconcessies zal hetzelfde effect optreden;
- De stations worden in het algemeen door NS goed geëxploiteerd en vanuit reizigersperspectief is er geen reden om daar verandering in aan te brengen;
- De regierol van de Rijksoverheid en de regionale overheden is cruciaal om enerzijds marktwerking mogelijk te maken en anderzijds om de broodnodige samenwerking te regelen inzake o.a. tarieven en reisinformatie, zodat reizigers geen nadelen ondervinden van marktwerking.
Het zijn uiteindelijk de overheden die de keuze maken voor nog meer asfalt hetzij voor investeringen in lightrail en stations. Ik hoop op dat laatste.
Arriën Kruyt
Voorzitter Rover