Wensen Rover voor NS-contract door Kamer overgenomen
De wens van Rover om scherpere eisen te stellen aan NS, is door de Tweede Kamer overgenomen. Een groot aantal aangenomen moties dwingt de staatssecretaris om flinke aanpassingen te doen aan het contract met NS dat per 2025 ingaat. Hiermee worden veel concrete voorstellen die Rover aan de Kamerleden heeft gepresenteerd, in uitvoering gebracht.
Rover heeft flink gelobbyd om de nodige verbeteringen in het nieuwe contract met NS doorgevoerd te krijgen. Met succes: de Kamerleden gaan niet akkoord met de versie van het contract zoals deze tot nu toe op tafel lag. Allereerst wordt er voorlopig een streep gezet door de omstreden spitsheffing. NS moet nu eerst een onafhankelijk onderzoek laten doen naar een betere spreiding van treinreizigers in de spits waarbij ook wordt gekeken naar maatregelen waarbij de tarieven niet worden aangepast. Mocht dit niet tot een oplossing leiden, dan mag NS in de toekomst alleen alsnog een spitsheffing invoeren indien de Tweede Kamer daar mee instemt.
Ook andere wensen van Rover zijn door de Tweede Kamer overgenomen. Zo wil de Kamer dat scherpere eisen worden gesteld aan de NS-dienstregeling in onder meer de weekenden en avonden. Er moeten meer treinen komen tussen Zwolle, Groningen en Leeuwarden. Er moeten voor 1 april ook afspraken komen over het invoeren van één keer in- en uitchecken op het spoor, het schrappen van het dubbel opstaptarief en het gratis reizen van kinderen. Verder moet onderzocht worden of scholieren korting kunnen krijgen op abonnementen, moet de overheid zelf nieuwe tariefsoorten kunnen voorstellen en moet de reiziger straks de eerste 24 uur gratis een fiets kunnen stallen.
Ook wil de Kamer de eisen aan de prestaties van NS, bijvoorbeeld op het gebied van op tijd rijden, aanscherpen. Naar wens van Rover kan NS straks niet langer slecht presenterende lijnen wegwerken in een landelijk gemiddelde: er wordt straks wat betreft de Tweede Kamer echt per lijn gekeken naar de prestaties. Hierbij wil de Kamer voor de Intercity Brussel geen tal aan uitzonderingen: voor deze moeten de eisen gelijk worden aan die van de binnenlandse treinen.
Rover is blij dat de Kamerleden geluisterd hebben naar de wensen van de reiziger. Later dit jaar moet duidelijk worden hoe de staatssecretaris dit vertaald in de concessie. Hieronder een overzicht van de aangenomen moties en wat dit betekent voor de reiziger:
-
Dienstregeling
Tien moties gaan over strengere eisen aan de frequenties. Hierbij was met 4 moties veel aandacht voor het traject Zwolle-Groningen/Leeuwarden. Aanleiding was dat Arriva heeft aangegeven zonder subsidie onder open toegang extra treinen te kunnen rijden als Arriva. CDA, ChristenUnie en PvdA vragen daarom in een unaniem door de Kamer gesteunde motie om zo snel mogelijk een derde en vierde intercity vanuit de Randstad naar Groningen te realiseren. Een vergelijkbare motie van de ChristenUnie die ook vraagt om deze extra intercity’s en daarbij aangeeft dat eventueel benodigd extra geld hiervoor uit het Mobiliteitsfonds zou kunnen komen is op een later moment aangenomen. VVD, D66 en BBB vragen NS te verplichten de door Arriva voorgestelde spits sneltreinen op dit traject zonder subsidie op te nemen in de concessie van NS en als dit niet zonder subsidie lukt alsnog Arriva de kans te geven de Sprinterdiensten van NS over te nemen als dit langjarig kan worden geborgd. Een Kamermeerderheid stemde ook voor deze motie. BBB en VVD vroegen tenslotte in een motie om verder in gesprek te gaan met Arriva over de ontsluiting van het Noorden en in de concessie ruimte te houden voor andere aanbieders als NS aangeeft zelf verbindingen niet kan realiseren. Deze motie werd aangenomen.
De andere moties over de dienstregeling gingen vooral over het aanbod in de rustige uren en buiten de Randstad. De Kamer stemde unaniem voor een motie van het CDA die vraagt om tussen Alkmaar en Den Helder ook na 22.30 uur twee keer per uur te rijden. Ook een CDA motie die vraagt om een uiterste inspanning om ook buiten de Randstad frequenties te verhogen hierbij in te zetten om minimaal twee treinen per uur, zeven dagen per week, en niet te kijken naar vervoersknelpunten maar naar de potentiële vervoersvraag werd unaniem gesteund. Hogere frequenties trekken immers ook extra reizigers. In dezelfde motie wordt ook gevraagd om langere treinen in het weekend en eerder opstarten en later eindigen van de dienstregeling in de vroege weekendochtenden en weekendavonden, en bovendien uitbreiding van het nachtnet naar meer middelgrote steden en naar alle landsdelen na te streven.
Ook een motie van D66 en ChristenUnie die vraagt om minimaal twee keer per uur te eisen op de momenten dat nu ook twee keer per uur wordt gereden is unaniem aangenomen. Een vergelijkbare motie van de PvdA kreeg voldoende steun. Deze motie vraagt niet alleen om te zorgen dat frequenties niet lager kunnen worden dan de huidige concessie, maar ook in de concessie eisen op te nemen over het aanbod tussen 5 en 6 uur ’s ochtends en tussen 0 en 1 uur ’s nachts.. Een motie van de ChristenUnie die vraagt om uitbreiding van het nachtnet in het weekend reeds in 2024 te onderzoeken kreeg unaniem steun. In een eerdere motie van de ChristenUnie had de Tweede Kamer gevraagd het nachtnet uit te breiden bij de start van de concessie. De staatssecretaris wil dit echter pas halverwege de concessie gaan onderzoeken. De Tweede Kamer heeft nu dus aangegeven dat dit veel sneller moet.
De ChristenUnie heeft tenslotte in een motie gevraagd op een aantal specifieke trajecten het aantal treinen op werkdagen te verhogen met 2 per uur zodat dan op elk station vier treinen per uur stoppen. Het gaat om de trajecten Zwolle-Groningen, Heerenveen-Leeuwarden, Arnhem-Zutphen, Amersfoort-Harderwijk (buiten de spits), Dordrecht-Breda, Oss-Den Bosch (buiten de spits), Lelystad-Zwolle, Haarlem-Leiden, Haarlem-Alkmaar (buiten de spits) en Den Bosch-Eindhoven-Helmond. Deze motie is nog niet in stemming gebracht.
-
Tarieven
Zes moties gaan over de tarieven. De ChristenUnie vraagt in een motie voor 1 april 2024 afspraken in het NOVB te maken over het invoeren van enkelvoudig in- en uitchecken op het spoor, het schrappen van het dubbel opstaptarief en het gratis reizen van kinderen. Ook stelt de motie dat in de concessie moet worden vastgelegd dat NS over deze onderwerpen in het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad geen veto mag uitspreken. In dit NOVB worden tussen vervoerders en overheden afspraken gemaakt over concessie-overstijgende onderwerpen. Deze motie werd breed gesteund. In een vergelijkbare motie vraagt D66 samen met CDA en ChristenUnie NS te verplichten voor 2024 al met concrete voorstellen te komen in het NOVB om een einde te maken aan het dubbele opstaptarief en de incheckpoortjes per vervoerder. Deze motie is unaniem gesteund door de Kamer.
Verder moet volgens een motie van ChristenUnie en CDA onderzocht worden of scholieren korting kunnen krijgen op abonnementen en moet volgens een motie van de PvdA de overheid initiatiefrecht hebben voor nieuwe tariefsoorten. Ook deze moties werden unaniem gesteund.
Een andere motie van D66 en ChristenUnie vraagt NS te verplichten de eerste 24 uur gratis stallen van de fiets aan te bieden in alle stallingen in eigendom van NS en in elk nieuw aan te schaffen of te renoveren treinstel voldoende fietsplekken te creëren. Volgens dezelfde motie moet de regering de mogelijkheden en kosten in kaart brengen van aparte fietscoupés.
De Kamer heeft tenslotte in motie van VVD, CDA en BBB vastgelegd dat er geen onomkeerbare stappen mogen worden gezet op het gebied van de spitsheffing en dat nu eerst een onafhankelijk onderzoek moet komen naar een betere spreiding van treinreizigers in de spits bijvoorbeeld door het slimmer inzetten van het studentenreisproduct.
-
Eisen aan prestaties
De Kamer wil blijkens een unaniem aangenomen motie van CDA en VVD voor het beoordelen van de prestaties van NS naast landelijke bodemwaardes ook bodemwaardes per traject op het gebied van reizigerspunctualiteit, zitplaatskans en algemeen klantoordeel. Zo kan er geen sprake meer zijn van slecht presterende lijnen op deze thema’s.
Voor Intercity Brussel moeten de eisen net zo streng worden als voor binnenlandse treinen. Dit staat in een motie van PvdA en VVD. Dit betekent dat volgens deze motie Intercity Brussel moet mee tellen in de prestatie-indicatoren, dat de tariefbescherming en de geld-terug-bij-vertraging regeling voor deze trein moet gelden en dat er minimale bedieningseisen moeten komen over de eerste en laatste trein van de dag en de verdeling van de treinen over de dag. Een motie van de ChristenUnie die voor Intercity Brussel ook om dezelfde eisen vraagt als die voor binnenlandse treinen ten aanzien van tarieven en prestatie-indicatoren is ook aangenomen. In deze motie worden specifiek ook genoemd de eisen ten aanzien van toegankelijkheid van de treinen en de wens om de mogelijkheid van reserveringsplicht voor deze trein uit de concessie te schrappen.
-
Marktordening
De laatste drie moties gaan over de marktordening. In een unaniem aangenomen motie van de PvdA vraagt de Tweede Kamer om voor december 2024 algemene regels op te stellen die gelden voor alle treinen in Nederland om zo meer te kunnen sturen op opentoegangstreinen (treinen die rijden zonder concessie) ten aanzien van frequenties, tarieven, toegankelijkheidseisen en aansluiting op het binnenlandse betaalsysteem.
VVD, D66, BBB, CDA vragen de regering via een motie in de concessie een strikte non-discriminatieverplichting en een verbod op kruissubsidiëring van de MaaS-diensten van NS met winsten uit de concessie op te nemen. Zo willen zij zorgen voor een gelijk speelveld nu NS zelf MaaS-diensten aanbiedt terwijl andere MaaS-dienstverleners ook afhankelijk zijn van NS. In de motie wordt ook gevraagd dat het ministerie en niet NS moet bepalen van het referentieaanbod is en niet NS zelf. Het referentieaanbod is de lijst met producten (abonnementen en tarieven) die NS aanbiedt aan alle MaaS-diensten die zij kunnen doorverkopen. Deze motie werd aangenomen.
Er loopt nog een inbreukprocedure van de EU. Deze inbreukprocedure gaat over de vraag of de implementatietermijn van de nieuwe concessie niet te lang is Eind 2023 worden de voorwaarden waaronder onderhandse gunning zonder aanbesteding mogelijk is namelijk strenger. Daarom heeft de Nederlandse regering besloten de concessie dit jaar al te gunnen terwijl deze pas eind 2024 ingaat. BBB heeft daarom in een motie de regering gevraagd om voor het verkiezingsreces met een brief te komen waarin concreet en duidelijk staat wat de juridische, sociale en financiële gevolgen kunnen zijn voor het hoofdrailnet (HRN), de vervoerders op het HRN en de dagelijkse gebruikers van de ov-diensten op het HRN indien Brussel in de inbreukprocedure gelijk zou krijgen. Deze motie werd ook aangenomen.