Rover verbaasd over Kamerbrief Mansveld

Mogen wij even interumperen? Bovenstaande gedachte kwam veelvuldig bij ons op tijdens het lezen van de brief die staatssecretaris Mansveld vorige week aan de Kamer stuurde. In deze brief gaat Mansveld uitgebreid in op de vele vragen van Kamerleden over de afschaffing van het papieren kortingskaartje bij de trein. Mansveld geeft niet veel blijk van een eigen visie, zij lijkt gewoon een doorgeefluik van wat de vervoerders haar vertellen. Dat leidt soms tot tenenkrommende redeneringen.

Op de vraag waarom er een toeslag betaald moet worden voor wegwerpchipkaartkaartjes, komt het antwoord dat de vervoerders aanvankelijk helemaal geen alternatief naast de OV-chipkaart wilden bieden. Daar hadden ze een besparing voor ingecalculeerd. Nu maken de vervoerders, mede op verzoek van de consumentenorganisaties, extra kosten omdat ze toch een papieren alternatief bieden voor incidentele reizigers. Dat laatste klopt. Maar waar de staatssecretaris en de vervoerders over zwijgen is dat deze incidentele reizigers samen een grote groep vormen, waarvan heel wat mensen zouden afhaken als er geen simpel kaartje naast de OV-chipkaart zou zijn. Dat zat niet in de business case van de vervoerders. Die inschattingsfout komt nu voor rekening van de incidentele reizigers.

Het klopt dat er ook in het buitenland een prijsverschil is tussen reizen met de chipkaart en met losse kaartjes. Wat de vervoerbedrijven de staatssecretaris echter niet hebben verteld, is dat de chipkaart daar vaak een korting geeft op de prijs van het papieren kaartje, bijvoorbeeld bij de Oyster Card in Londen. Op die manier worden reizigers positief verleid om de chipkaart te gebruiken, in tegenstelling tot in Nederland.

De onderbouwing van de hoogte van de toeslag vindt Rover ook niet overtuigend. Het chipje kost natuurlijk geld (alhoewel ingewijden zeggen dat dat niet meer is dan 10 cent), maar verder wordt er van alles en nog wat bijgehaald , tot en met ‘eenmalige chipkaart fraude management’. We zijn benieuwd wanneer Albert Heijn een toeslag gaat vragen aan klanten die hun boodschappen nog gewoon contant willen afrekenen in plaats van met de bankpas, en wat het ‘kassabon fraude management’ de klant dan gaat kosten….

Hilarisch wordt het als de staatssecretaris uitlegt waarom er geen eenmalige chipkaartjes met korting verkrijgbaar zullen zijn, zoals de consumentenorganisaties gevraagd hebben. Het blijkt dat dat is om ons te beschermen. Hoe nobel! Wij Voordeelurenkaarthouders zouden namelijk weleens in de war kunnen raken als we bij een poortje of paaltje staan en dan zowel met ons eenmalige kaartje inchecken als met ons abonnement en dus dubbel betalen! Dat is natuurlijk klinkklare onzin. Als vervoerders écht zo meelevend waren hadden ze dat hele chipkaartsysteem héél anders opgezet. Of ze hadden de enkele reis en het retour met gereduceerd tarief via e-ticket gehandhaafd en de mogelijkheid om een digitaal vervoerbewijs op de chipkaart te zetten toegevoegd. Dat kan niet, zegt u? Het kan wel! Dat zijn namelijk voorlopig nog de mogelijkheden voor Jaartrajecthouders die nog niet ‘om’ zijn naar Traject Vrij, en die buiten hun vrij-reizen-traject met 40% korting moeten kunnen blijven reizen. Die informatie hebben de vervoerders de staatssecretaris blijkbaar niet meegegeven. Het zou misschien ook te verwarrend worden…

En de Samenreiskorting, die is volgens de staatssecretaris helemaal niet versoberd – het kan immers nog steeds! Het kost alleen meer geld (aanschaf chipkaart en borg op de kaart) en is veel omslachtiger (want je moet elke keer als je wilt reizen het product Samenreiskorting op de kaart zetten), maar dat staat natuurlijk niet in de brief.

We kunnen nog wel een poosje doorgaan, want de brief van Mansveld omvat maar liefst 14 kantjes. Volgens ons had die brief veel korter gekund: “We hebben nu eenmaal ooit bedacht dat de reiziger verplicht met de chipkaart zou moeten reizen. Dat moment is nu gekomen, of u nu wilt of niet. En ja, dat kost nu eenmaal geld. Daar moet de reiziger gewoon aan meebetalen, of die nu wil of niet. Ben ik nou zo slim of bent u nou zo dom?”