“Iedereen gaat bezuiniging op studentenkaart voelen”
De bezuiniging die het kabinet vanaf 2016 op de Studenten OV-chipkaart wil doorvoeren zal merkbaar zijn voor iedereen: van de OV-reiziger tot de belastingbetaler. Deze waarschuwing gaven deskundigen op de Nationale Studentenkaart Conferentie die Rover organiseerde met studentenorganisaties LSVb, VIDIUS, ASVA, ISO, JOB, MBO Amersfoort, OVCP Groningen en Studenten Organisatie Groningen. In de statige Senaatszaal van het Academiegebouw te Utrecht gingen landelijke vertegenwoordigers van studenten, studentenhuisvesters, vervoerbedrijven en de wetenschap met elkaar in debat over de gevolgen van de geplande bezuiniging van €425 miljoen op het studentenreisproduct.
Vervoerders halen een belangrijk deel van hun inkomsten uit de Studenten OV-chipkaart, zo’n 10 tot 20% werd tijdens de conferentie duidelijk. RET-directeur Pedro Peters verwacht dat een deel van deze inkomstenderving voor rekening van de decentrale overheden komt. Tenslotte lopen rond 2016 meerdere concessies af waardoor deze bezuiniging gevolgen zal hebben voor nieuwe aanbestedingen. Maar ook de reiziger blijft niet buiten schot: duurdere kaartjes en verschraling van het aanbod lijken onafwendbaar. Hans de Vroome, zelf betrokken geweest bij de oprichting van de studentenkaart, berekende dat de kaartjes zo’n 10% duurder kunnen worden.
Ook studentensteden verwachten dat de bezuiniging grote gevolgen gaat hebben. Veel studenten zullen op kamers willen waardoor de wachtlijsten nog langer worden. Ook de fiets zal veel meer gebruikt worden, maar een stad als Utrecht heeft op dit moment niet de infra om dit grote fietsverkeer op te vangen. Daarnaast zal veel meer moeten worden geïnvesteerd in fietsenstallingen. Voor studenten die een grotere afstand moeten overbruggen zal vaak een (oudere) auto een optie kunnen zijn, met toenemende luchtvervuiling en verkeersongelukken als gevolg.
Een aanwezige ambtenaar van het Ministerie van OCW sprak het bericht in de media tegen dat de bezuiniging op de Studenten-OV ter discussie staat. “Als klant van de vervoerders heeft het Ministerie het goed recht producten niet meer af te nemen”, redeneerde hij. Bovendien zou het hier niet om een bezuiniging gaan: OCW investeert het bedrag liever in de kwaliteit van onderwijs. Een slechte redenering volgens de aanwezige studentenorganisaties: als een student wegens de hoge reiskosten niet langer de juiste stage kan lopen, bijvakken of masterstudie kan volgen, hoe draagt dit dan bij aan de kwaliteit van zijn diploma?
Veel aanwezigen pleitten voor een kosten-batenanalyse. Het Ministerie van OCW werd een roekeloze bezuiniging zonder visie verweten. Een enkeling zag nog wel een kans: “waar geen visie is, kan nog aan een visie worden gewerkt”. Jan van Selm, directeur OV-bureau Groningen Drenthe, was van mening dat het huidige systeem op termijn niet houdbaar is en goed nagedacht moet worden over wat de alternatieven kunnen zijn. Maar de meesten wildn hier niets van weten. “Er is geen oplossing die weinig pijn doet”, aldus Veolia-directeur Manu Lageirse.